Zijn precisielandbouwtechnieken klaar voor de praktijk?
"Er is overal variabiliteit, op ieder perceel, hoe klein het ook is"
Precisielandbouwtechnieken kunnen de productiviteit vergroten en de impact op het milieu verkleinen. Maar vaak schrikken hoge investeringskosten en een onzekere terugverdientijd landbouwers af om erin te investeren. In ‘Smartfarming op het menu’ bouwen VIVES en Inagro samen met pilootbedrijven kennis op over de technieken die rendabel zijn voor de West-Vlaamse landbouwer. Serge Stroo is landbouwer, loonwerker én een van de pilootbedrijven.
Smartfarming vindt stilaan ingang in de praktijk. In verschillende fases van de teelt kunnen precisielandbouwtechnieken dan ook hun nut bewijzen. De basis om tot actie te komen, is kennis over de bodem en de gewasgroei. Een bodemscan brengt de bodemvariatie van een perceel in kaart. Als landbouwer en loonwerker ondervindt Serge dagelijks dat er variatie zit in percelen. “Er is overal variabiliteit, op ieder perceel, hoe klein het ook is”, stelt hij. “Zowel de opbrengst als de kwaliteit van het geoogste product zijn variabel. Vaak is 60% van de opbrengst afkomstig van 40 tot 45% van het areaal. Dat betekent dat er nog veel marge is voor verbetering.”
Het ideale oogsttijdstip bepalen
Samen met zes andere landbouwers werkt Serge als pilootbedrijf mee aan het PDPO-project ‘Smartfarming op het menu’. Met begeleiding van Hogeschool VIVES en Inagro passen ze commercieel beschikbare precisielandbouwtechnieken toe. Op basis van een bodemscan voeren ze bewerkingen zeer precies uit, zoals variabel zaaien, bemesten of bekalken. Eventuele variatie in gewasstand op het perceel brengen ze in beeld via sensoren of satellietbeelden.
“Grastelers bellen me om te vragen hoe hoog het drogestofgehalte is op de percelen die we op dat ogenblik oogsten.”
Loonwerkbedrijf Timmerman-Willem, dat gewassen oogsten als belangrijkste activiteit heeft, investeert al jaren in nieuwe technologieën. De hoogtechnologische machines zijn uitgerust met precisielandbouwtechnieken die Serge en zijn klanten informeren over de groeiomstandigheden en het ideale oogsttijdstip. Zo is de maishakselaar uitgerust met een NIR-sensor of nabij-infraroodsensor. Door infraroodlicht te stralen op het geoogste gewas brengt de sensor de samenstelling in kaart. Tijdens de oogst meet Serge de opbrengst, het drogestofgehalte en de kwaliteit.
Grotere revolutie in precisiebespuiting
“Metingen leggen ook probleemzones bloot, wat interessant is voor de volgende teelt”, gaat Serge verder. “Maar ook voor het planten of zaaien is bodemvariabiliteit in beeld brengen waardevol. Een bodemscan geeft bijvoorbeeld inzicht in de zuurtegraad. Is de pH op bepaalde plaatsen te laag, dan kan je precies daar bekalken.”
Een grotere revolutie ziet Serge in sensoren op de spuitmachine of -tractor om de spuittechniek te verbeteren. “De sensor kan detecteren waar het onkruid staat, waarna de spuitboom achterop aangestuurd wordt om plaatsspecifiek te spuiten”, klinkt het. “Zodra we gewasbeschermingsmiddelen variabel kunnen toepassen, is de inschatting van het benodigde volume product in de tank een volgende uitdaging. Ervaring zal ons daarbij helpen. Of we moeten samenwerken en meerdere velden na elkaar bespuiten. Pas dan zullen we echt van een reductie kunnen spreken.”
Tractor met GPS en turn automation
De informatie die de NIR-sensor oppikt, helpt Serge om de oogstmachine precies in te stellen. Denk aan een aangepaste haksellengte of korrelkneusintensiteit om de juiste dichtheid of kwaliteit te bereiken in de kuil. Maar ook voor landbouwers betekent de technologie stappen vooruit. Ze baseren er bijvoorbeeld hun planning op. “Grastelers bellen me om te vragen hoe hoog het drogestofgehalte is op de percelen die ik oogst, want dat bepaalt – samen met de weersomstandigheden – wanneer ze maaien, schudden en persen of inkuilen”, vertelt hij.
Een andere precisielandbouwtechniek die Serge dagelijks gebruikt, is GPS-besturing. Werken op GPS is mentaal minder belastend en levert preciezer werk op. “Zodra we de grenzen van een perceel kennen, kunnen we telkens opnieuw heel precies werken op het veld, ongeacht de machine. Dat we zo heel exact en net werk afleveren, weten onze klanten erg te waarderen.”
“Zodra we de grenzen van een perceel kennen, kunnen we telkens opnieuw heel precies werken op het veld, ongeacht de machine."
De nieuwste aanwinst van het loonwerkbedrijf is turn automation. “Met behulp van GPS-informatie detecteert de tractor een kopakker. Op dat ogenblik krijg ik als bestuurder voorstellen om bepaalde handelingen uit te voeren. Zo kan ik de snelheid aanpassen om brandstof te besparen en de behandeling, zoals zaaien of bemesten, stopzetten tijdens het keren op de kopakker”, klinkt het enthousiast. Voor de veiligheid dient wel een chauffeur aanwezig te zijn in de cabine.
Boer blijven is een kunst
Plaatsspecifiek bekalken met behulp van taakkaarten ervaart Serge vandaag al als een praktijkrijpe en rendabele toepassing. Andere toepassingen met taakkaarten vormen volgens de ervaren loonwerker nog een hindernis om precisielandbouwtechnieken ingang te doen vinden in de praktijk. “Vandaag kan elk bedieningssysteem taakkaarten uitvoeren. En dankzij de technologie van drones, satellieten en sensoren kunnen we allerlei data verzamelen”, stelt Serge. “Maar taakkaarten aanmaken of inlezen blijft een probleem, zeker als je systemen wil combineren. Werken met taakkaarten is een steile leercurve, een aspect waarin ik veel tijd moet steken.” De systemen moeten gebruiksvriendelijk zijn en de baten moeten de kosten compenseren.
Becijferen of werken met taakkaarten vandaag al rendabel is, lukt Serge dan ook nog niet. Wel gelooft hij dat landbouwers ervoor zullen kiezen zodra het dat werkelijk is. En dat geldt voor het volledige scala aan precisielandbouwtechnieken. “Ooit las ik een interessant citaat over ons vak: boer zijn is een gunst, boer blijven is een kunst. Om boer te blijven moet je rekenen, en dat doen we allemaal”, besluit hij.
Tekst: Elise Degroote - Foto's: Marc Wallican