Doorbomen: Wat zullen we meten, vele jaren lang?
We zijn in volle voorbereiding voor de aanleg van ons eigen gloednieuw agroforestryperceel! Deze winter gaan de bomen in de grond. Via de reeks 'Doorbomen' in onze nieuwsbrief krijg je een maandelijkse update van dit perceel en kun je dit traject meevolgen vanop de eerste rij. Wat zullen we de komende jaren allemaal meten op ons perceel? Wat gebeurde er zoal op het terrein? Lees het in deze derde editie.
Langetermijnonderzoek als stukje van de puzzel
De aanleg van een agroforestry-systeem is een investering waarvan aangenomen wordt dat ze pas op de langere termijn gaat renderen. De productie van je bomen laat vanzelfsprekend enkele jaren op zich wachten en een gezondere bodem, betere waterhuishouding, verhoogde biodiversiteit,... realiseer je ook niet van vandaag op morgen. Een langetermijnopvolging is daarom de beste manier om een agroforestry-systeem echt naar waarde te kunnen schatten. Maar agroforestry bestaat in vele vormen en maten.
Ze allemaal bevatten in één onderzoeksperceel is onmogelijk. We maakten voor ons perceel dan ook een paar concrete, maar weloverwogen keuzes. Hierbij staan de praktische werkbaarheid en haalbaarheid centraal. Ons perceel, waar walnoten gecombineerd worden met akkerbouwteelten (mais, aardappelen, wintergraan en veldbonen) en groenten (prei, wortelen, kolen, knolselder), gaan wij vanaf dit jaar op lange termijn opvolgen.
Claims van agroforestry onder onze loep
In de eerste editie van Doorbomen, kon je al lezen over de vele mogelijke voordelen van agroforestry voor je bedrijf en de omgeving. Voordelen die doorgaans aangehaald worden om de praktijk te stimuleren, maar die tegelijkertijd ook voer voor discussie zijn. Via de langetermijnopvolging van een reeks parameters op ons eigen agroforestryperceel willen we deze claims met objectieve cijfers helpen onderbouwen. Hieronder geven we een beknopt overzicht van wat we zullen meten en hoe. We bekijken het perceel hierbij zowel vanuit landbouwkundig, ecologisch en economisch standpunt.
Wat meten we op het agroforestryperceel?
- Teelt: Jaarlijks bepalen we de opbrengst, kwaliteit en gezondheid van de tussenteelt. Omdat je in agroforestry ook de boom als teelt moet beschouwen, volgen we doorheen de jaren ook de groei, gezondheid en productiviteit van onze notenbomen op.
- Microklimaat: We plaatsen meerdere permanente weerstations en bodem- en lichtsensoren op het perceel en becijferen de impact van de bomen op parameters zoals wind, licht, bodemvocht en -temperatuur en luchttemperatuur doorheen het jaar.
- Bodemkwaliteit: Via jaarlijkse bouwvooranalyses bekijken we de impact op een set van chemische bodemparameters, met de focus op de opbouw van organische koolstof. Ook regenwormen, als indicator voor bodemkwaliteit, tellen we jaarlijks.
- Biodiversiteit: Met potvallen vangen en tellen we onder andere loopkevers als natuurlijke plaagbestrijders. Daarnaast testen we ook automatische detectiesystemen om insecten te tellen, maar eveneens ook vogels en vleermuizen.
- Rendabiliteit: Over de jaren heen maken we een economische doorrekening van het volledige systeem. Hierbij kijken we onder andere naar opbrengsten van boom en teelt, teeltkosten, arbeidskost,... Zo gaan we na of dit teeltsysteem op perceelsniveau rendabel is op de lange termijn.
Voor de meeste van deze parameters gaan we bekijken in functie van de afstand tot de bomenrijen, waarbij we de metingen dus gaan herhalen op verschillende afstanden tot de bomenrijen. Dit om na te gaan tot hoever in het veld de impact van de bomen reikt. De set parameters die we opvolgen is bovendien geen limitatieve lijst. Doorheen de jaren willen we ook nieuwe inzichten implementeren, nieuwe samenwerkingen op vlak van onderzoek uitbouwen, nieuwe monitoringmethodieken uittesten, nieuwe agroforestry-modellen en tools loslaten op dit perceel.
Even inzoomen op de boomstrook
Vaak kiezen landbouwers voor een productieve invulling van de boomstrook, zoals een (al dan niet tijdelijke) onderteelt van kleinfruit of een teelt van schaduwminnende gewassen zoals pompoen, rabarber,... Dit kan helpen om de periode waarin de bomen nog niet produceren financieel te overbruggen, maar maakt het systeem ook een pak complexer en arbeidsintensiever. Zo moeten oogstperiodes van tussenteelt, bomen en boomstrookteelt goed op elkaar afgestemd worden. Daarnaast is de teelt in de boomstrook vaak moeilijk machinaal te beheren of te oogsten en heb je een extra product te vermarkten.
Op ons perceel kozen we er dan ook bewust voor om een meerjarig graskruidenmengsel in te zaaien in de boomstroken ten dienste van de tussenteelt en de boom. Deze vormen een aantrekkelijk habitat voor nuttige insecten, zoals loopkevers, en het vraagt een weinig intensief maaibeheer. We kozen voor het meerjarig mengsel dat jaarlijks via de groepsaankoop van Inagro aangeboden wordt (zie foto als voorbeeld van een meerjarig mengsel langs een haag). De inzaai gebeurde in het najaar, enkele weken terug (zie verder).