Inzaaien van groenbedekkers
De functies van groenbedekkers
Mineralisatie (stikstofvrijstelling uit bodem organische stof) vindt plaats vanaf april tot oktober. Als geen gewas aanwezig is, kan dit zorgen voor toenemende nitraatconcentraties in de bodem. Door de inzaai van een groenbedekker na de oogst van het hoofdgewas, of tijdens een langere braakperiode, zal deze nitraatvrijstelling (gedeeltelijk) gecompenseerd worden door N-opname via groenbedekkers. Deze stikstof is dan niet meer gevoelig voor uitspoeling. Bij het onderwerken van deze resten zal de opgenomen stikstof opnieuw ter beschikking komen van het volggewas.
Ideale zaaiperiode
Voor de meeste groenbedekkers geldt dat ze goed gezaaid kunnen worden tot half augustus, daarna is er niet genoeg tijd om voldoende te ontwikkelen. Op tijd zaaien geeft vaak een vlotte beginontwikkeling en zorgt voor een goede onkruidonderdrukking. Vooral bladrijke groenbedekkers (bladrammenas of gele mosterd) starten snel.
Bij late inzaai is de keuze binnen het aanbod van groenbedekkers eerder beperkt. Wil je bij een laat zaaitijdstip toch nog een goede beginontwikkeling halen? Dan zijn grassen en granen, en dan vooral Italiaans raaigras en rogge, zowat de enige mogelijkheden.
Combinatie met diepe grondbewerking
Voor de inzaai van een groenbedekker, kan het nuttig zijn om eventuele bodemverdichting te verhelpen. Tijdens het vroege najaar is de grondwaterstand het laagst. Dit vormt het ideale tijdstip om verdichtingen, die opgetreden zijn bij bv. de oogst van het gewas, of een ploegzool op te heffen. Dit kan door het uitvoeren van een diepere bodembewerking, tot net beneden de ploegdiepte.
Belangrijk hierbij is dat het bodemoppervlak niet te fijn komt te liggen om verslemping door neerslag te vermijden. Door onmiddellijk na de grondbewerking een groenbedekker in te zaaien zal het gewas gebruik maken van de breukvlakken om de bodem met wortels te koloniseren. Op die manier blijft de bodem tijdens de winter luchtig.
Verdichting zelf nagaan
Hoe kan je nu op een eenvoudige manier nagaan of het wel nodig is om een diepe grondbewerking uit te voeren?
Neem hiervoor een ijzeren staaf met diameter van ongeveer 1 cm en een lengte van 1 meter. Duw deze staaf via je handpalm loodrecht de grond in (zie foto).
Voel je een weerstand op ongeveer 30 cm diepte? Dan heb je te maken met verdichting ter hoogte van de ploegzool. Via een diepgronder kan je deze verdichting opheffen. Ook diepere verdichtingen kan je via deze prikstaaf achterhalen, maar deze zijn moeilijker te verhelpen. Wortels van groenbedekkers kunnen deze diepere lagen eventueel wel doorbreken indien de doordringingsweerstand niet te groot is.
Welke zaaidichtheid toepassen?
Een homogeen dichtgegroeid gewas van groenbedekkers beschermt de bodem tegen de erosieve kracht van de regen en verhindert de kieming van onkruiden. Het zaaizaad vormt de grootste kost. Door een beredeneerde aanpak kan deze kost gedrukt worden.
- Bij een vroege inzaai, wanneer de omstandigheden goed zijn, volstaat een lagere zaaidichtheid. De afzonderlijke planten kunnen zich voldoende sterk ontwikkelen.
- Bij een late inzaai (vanaf september wordt beter een iets hogere zaaidichtheid gehanteerd om met de kortere ontwikkelingsperiode toch nog een voldoende bodembedekking te verkrijgen.
Aan de hand van een strooi-unit op de cultivator is het mogelijk in één werkgang de bodem los te maken en een groenbedekker in te zaaien. Deze zaaitechniek is toepasbaar voor groenbedekkers die een niet al te fijn zaaibed vereisen zoals bijvoorbeeld grasachtigen en gele mosterd. Na inzaai wordt een grof zaaibed verkregen dat minder gevoelig is voor verslemping en erosie.