Werking intergemeentelijke erosiecoördinator
Bodemerosie is voor iedereen een slechte zaak.
Op erosiegevoelige percelen ben je verplicht een aantal maatregelen te nemen om erosie tegen te gaan. Bovendien bestaan er een aantal mogelijkheden om af te wijken van de algemene verplichtingen.
Alle erosiegevoelige percelen worden naargelang hun risico op erosie ingedeeld in klasses. Bij de 2 meest gevoelige klasses (rode en paarse percelen), worden een aantal maatregelen aanbevolen of verplicht.
Naast het nemen van enkele teelttechnische maatregelen, kan je als landbouwer ook kiezen voor structurele maatregelen, zoals het aanleggen van een erosiepoel of bufferbekken.
Daarnaast willen we gemeenten aanzetten om werk te maken van erosiebestrijdingsmaatregelen. Gemeenten kunnen zich daarbij laten ondersteunen door de intergemeentelijke erosiecoördinator en de erosiewerken laten subsidiëren via het erosiebesluit. De voornaamste maatregelen die je kan nemen, zijn:
- grasbufferstroken en grasgangen;
- kleine landschapselementen;
- dammen in diverse materialen;
- bufferbekkens en buffergrachten.
Keuzepakket bufferstrook
Als je als landbouwer wil afwijken van een aantal standaard maatregelen op hoog of zeer hoog erosiegevoelige percelen door het aanleggen van een grasbufferstrook of een dam uit plantaardige materialen, kan je een attest laten opmaken door de erosiecoördinator.
Een gezonde mix van verschillende maatregelen, uitgevoerd door verschillende betrokkenen en aangepast aan de lokale omstandigheden, biedt de beste garantie op het duurzaam oplossen van erosieproblemen.
Erosiecoördinator