
Welk vanggewas zaai ik best na mais?

Waarom groenbedekkers zaaien?
Groenbedekkers kunnen heel wat opleveren. Ze zijn in eerste plaats aanbrenger van organische stof. Die organische stof is belangrijk voor een goed bodemleven, -structuur en -kwaliteit. Groenbedekkers zorgen door het bedekken van de bodem ook voor minder erosie en verslemping. Bovendien worden onkruiden onderdrukt. Daar waar groenbedekkers aanwezig zijn, kunnen namelijk geen onkruiden groeien door concurrentie naar licht, water en nutriënten. Tenslotte produceren sommige kruisbloemige groenbedekkers tijdens hun groei zwavelhoudende verbindingen die een aaltjesreducerende en antifungale werking hebben.
Groenbedekkers als vanggewas
Naast voorgenoemde voordelen kunnen groenbedekkers bovendien ook fungeren als vanggewas. Groenbedekkers nemen tijdens hun groei stikstof op die in het najaar en de winter in de bodem vrijkomt. Door de aanwezigheid van een groenbedekker wordt uitspoeling van nutriënten dus voorkomen. Naarmate de groenbedekker beter ontwikkeld is, zal meer stikstof vastgehouden worden. Na het onderwerken van de groenbedekker wordt de stikstof terug vrijgesteld en komt het ter beschikking van de volgteelt.
Groenbedekkers om onder te werken
Wanneer de groenbedekker zal worden ondergewerkt, vormen grassen en granen, vooral rogge en Italiaans raaigras, de belangrijkste gewassen. Alhoewel mais vaak laat geoogst wordt, en de groenbedekkers dus laat ingezaaid kunnen worden, zullen deze gewassen nog een goede beginontwikkeling behalen. Wanneer de groenbedekker voor half september gezaaid kan worden, is winterbladkool een alternatief. Andere kruisbloemigen zijn moeilijker in te passen na mais.
Ook gelijk- en onderzaai van gras in mais vormen een mogelijkheid wanneer de groenbedekker zal worden ondergewerkt.
Groenbedekkers om te maaien
Heb je als doel nog een snede te maaien in het voorjaar, dan zal er vooral gekozen worden om Italiaans raaigras uit te zaaien. Italiaans raaigras kent een snelle groei en levert veel en kwalitatief voeder op. De grote vochtonttrekking van het gras vormt een belangrijk nadeel. Rogge heeft dit nadeel een stuk minder. Het gewas ontwikkelt zich sterk in het najaar en vroege voorjaar. Deze snellere ontwikkeling leidt in veel gevallen tot een snellere oogst, waardoor er minder vochtonttrekking is. Daarnaast wortelt rogge ook dieper dan Italiaans raaigras, waardoor meer stikstof uit de bodem wordt opgenomen en afgevoerd. Eventueel kan ook een mengsel van beiden (grasgrogge) gezaaid worden.
Een alternatief voor Italiaans raaigras zijn Méteil-mengsels. Dit zijn combinaties van granen en vlinderbloemigen die doorgaans als Gehele Plant Silage of droog graan geoogst worden. Deze mengsels zijn in bepaalde samenstellingen mogelijk ook geschikt als voorteelt voor mais. Méteil-mengsels hebben echter wel een hogere temperatuur nodig om zich te ontwikkelen.