W&W bio-groenten
Project info
Project info
Project type
Startdatum
15/02/2022Einddatum
31/12/2023Dit project had tot doel de W&W-werking voor biologische groenteteelt structureel uit te breiden, onze kennis over nieuwe plaagmonitoringsystemen en over nuttigen te versterken en ten derde telers te ondersteunen en aan te sporen om zelf waarnemingen op hun percelen uit te voeren.
Projectdoelen
- De huidige W&W-werking voor biotelers versterken door meer waarnemingspercelen structureel op te volgen in de twee regio’s en de waarnemingen uit te breiden naar meer teelten en meer plagen waarbij er ook aandacht is voor belangrijke polyfage plagen zoals bonenvlieg, emelten, gamma-uil, ... Daarnaast besteden we ook meer aandacht aan waarnemingen en meldingen van nuttigen.
- Onze kennis over nuttigen en over nieuwe monitoringsystemen voor plagen versterken door extra waarnemingen van nuttigen en het valideren van de meest beloftevolle vallen met camerasystemen op enkele waarnemingspercelen.
- Telers beter ondersteunen en aansporen om zelf waarnemingen op hun percelen uit te voeren door het opstarten van een sociaal netwerk platform voor W&W, het aanbieden van herkenningsfiches voor plagen en ziekte-en plaagkalenders per teelt en het organiseren van een workshop.
Projectresultaten
In 2022 breidden we de waarschuwingsdienst voor de biologische teelt van prei en kool uit naar nog andere groenteteelten. In samenwerking met het Proefstation voor de Groenteteelt in Sint-Katelijne-Waver (PSKW) volgen we van april tot oktober diverse plagen op in teelten uit vier gewasgroepen (prei/ui, koolgewassen, wortelen/(knol)selder en openlucht teelt sla). De belangrijkste plagen monitoren we op minimaal drie praktijkbedrijven in de twee regio’s, Antwerpen en West-Vlaanderen, en de eigen proefpercelen. Bij de monitoring besteden we ook de nodige aandacht aan het voorkomen van natuurlijke vijanden. Tweewekelijks maken we een update op van de waarnemingen en sturen we een waarschuwingsbericht.
In 2023 experimenteerden we met nieuwe monitortechnieken om enerzijds plagen meer geautomatiseerd te kunnen waarnemen en anderzijds ook nuttigen te kunnen monitoren. Tenslotte ontwikkelden we enkele hulpmiddelen voor telers om zelf plagen te kunnen opvolgen op je percelen.