Investeren in bodemkoolstof – Deel 3: De C-scan toegepast op een bedrijf met intensieve groententeelt
De huidige klimaatveranderingen maken investeren in bodemorganische koolstof een interessante strategie om je bedrijf toekomstbestendig te maken. Dit is een investering op lange termijn! Maar welke technieken passen nu het best binnen je bedrijf? Via de gratis bodemkoolstofscan (C-Scan) biedt Inagro je inzichten naar de toekomst toe.
In een vorig nieuwsbericht kon je lezen dat bodemorganische koolstof een investering in de vruchtbaarheid van je percelen is, welke technieken je hiervoor kan inzetten en hoe de gratis C-scan je hier een beter inzicht op geeft door het effect van bodemkoolstofopbouwende technieken door de jaren heen te geven. Deze week voeren we de C-scan uit op de percelen van een bedrijf met intensieve groententeelt.
Om de werking van de C-scan duidelijker te maken, laten we de komende weken de C-scan los op vier types bedrijven:
- Melkveebedrijf (kwam vorige week aan bod, herlees hier)
- Intensieve groententeelt
- Varkensbedrijf
- Akkerbouwmatig bedrijf
Deze voorbeelden zijn bedoeld om de werking van de C-scan te verduidelijken. De gegevens die werden gebruikt zijn niet gelinkt aan een bestaand bedrijf maar dienen uitsluitend om de werking van de C-scan te illustreren.
Op naar ons uitgewerkt praktijkvoorbeeld van een bedrijf met intensieve groententeelt!
C-Scan in de praktijk: het intensieve groententeelt bedrijf
Om een C-scan te kunnen uitvoeren, moeten een aantal basisgegevens kenbaar zijn. Deze zijn cruciaal om de adviseur een goed beeld te geven van de huidige situatie en de mogelijkheden voor verbetering. Hieronder een overzicht van de benodigde gegevens en de basisgegevens van ons voorbeeldbedrijf.
Nodige Basisgegevens voor de C-scan
- Teeltrotatie: Inzicht in de courante teeltrotatie om te begrijpen welke gewassen worden verbouwd en hoe vaak.
- Bemesting: Details over de bemesting van verschillende gewassen.
- Bodemparameters:
- %C (percentage koolstof): Belangrijk voor het bepalen van de organische stof in de bodem.
- pH: Bepaalt de zuurtegraad van de bodem, wat van invloed is op de opname van voedingsstoffen.
- Bodemtype: Identificeert de textuur en samenstelling van de bodem.
- Andere parameters:
- Gebiedstype: Bepaalt welke agrarische methoden geschikt zijn.
- Fosforklasse: Helpt bij het bepalen van de bemestingsmogelijkheden.
Basisgegevens voorbeeldbedrijf intensieve groententeelt
Teeltrotatie en bemesting
- Aardappelen: 35 ton/ha runderdrijfmest / Groenbedekker: Italiaans raaigras
- Bloemkolen: 16 ton/ha vleesvarkensdrijfmest
- Snijmaïs: Bemesting: 35 ton/ha zeugen- en biggendrijfmest / Groenbedekker: Italiaans raaigras
- Prei: Bemesting: 35 ton/ha runderdrijfmest
Bodemparameters:
- %C: 1,18% (Streefzone voor zandleembodems ligt tussen 1-1,5%)
- Fosfor: 26 (Klasse III)
- Bodemtype: Zandleem
Andere: geen eigen mestproductie
C-Scan in actie
C-Scan toegepast op huidige manier van werken
De C-scan heeft als hoofddoel zicht te krijgen op het effect van een enkelvoudige of combinatie van koolstofopbouwende technieken ten opzichte van de huidige manier van werken op het landbouwbedrijf. De eerste stap in het proces is dus zicht krijgen op wat er op de dag van vandaag gebeurt op het bedrijf en hoe dit zich vertaalt naar de toekomst toe.
Bij het ingeven van de basisgegevens in de C-scan bekomen we onderstaand beeld van toekomstige verwachtingen.
Uit deze grafiek zijn een aantal zaken af te leiden. Als eerste zorgt de huidige manier van werken voor een daling/stabiel blijven van het koolstofgehalte over een periode van 30 jaar heen. De koolstof afname is dermate klein dat we hier eerder over het stabiel blijven spreken dan dalen. Toch kunnen we stellen dat dit op de lange termijn geen positieve evolutie is.
Daarnaast kunnen we ook zien dat er in bepaalde jaren meer koolstof verloren gaat dan in andere. Uit de grafiek komt naar voor dat bij de teelt van bloemkolen het verlies aan koolstof het grootst is.
Mogelijkheden voor een grotere bodemkoolstofopslag
Een zicht krijgen op de impact van de huidige manier van werken op de bodemorganische koolstof is interessant, maar zicht krijgen op wat aanpassingen in deze bedrijfsvoering kunnen teweegbrengen helpt om doordachte beslissingen te kunnen nemen!
In dit voorbeeldmelkbedrijf kunnen een aantal zaken aangepast worden om sneller koolstof in de bodem op te slaan:
-
1. Varkensdrijfmest vervangen door runderdrijfmest
Door varkensdrijfmesten binnen de bemestingsstrategie te vervangen door runderdrijfmesten kunnen we de negatieve trend om buigen tot een positieve trend. De positieve impact die de runderdrijfmest met zich meebrengt is echter nog niet voldoende om een significante stijging teweeg te brengen bij bodemorganische koolstof.
Figuur 1:
- Blauw is de huidige manier van werken.
- Oranje is het vervangen van varkensdrijfmest door runderdrijfmest.
-
2. Groenbedekker gras vervangen door méteilteelt
Door het Italiaans raaigras, dat als groenbedekker na de aardappelen en de snijmaïs komt, te vervangen door een méteilteelt behalen we op termijn gelijke koolstofpercentages als met de huidige manier van bedrijfsvoering. Door deze techniek toe te passen kunnen we dus geen winst boeken op vlak van bodemorganische koolstof.
Figuur 2:
- Blauw is de huidige manier van werken.
- Oranje is het vervangen van varkensdrijfmest door runderdrijfmest.
- Grijs is het effect van het vervangen van de groenbedekker Italiaans raaigras vervangen door een méteilteelt.
-
3. Groencompost bij de teelt van snijmaïs
De grootste winst valt te boeken door het gebruik van 20 ton/ha groencompost bij de teelt van snijmaïs. Door deze techniek op te nemen in de bedrijfsvoering kunnen we zorgen voor een opbouw van koolstof in de bodem met een geschat koolstofpercentage van 1,4 na 30 jaar. Door het toepassen van 20 ton/ha groencompost moet wel rekening gehouden worden met een aanvoer van 20 kg stikstof en 28 kg fosfor per hectare.
Hoewel deze ingreep de grootste impact heeft op de bodemkoolstof, vraagt deze ook de grootste aanpassing binnen de bedrijfsvoering.
Figuur 3:
- Blauw is de huidige manier van werken.
- Oranje is het vervangen van varkensdrijfmest door runderdrijfmest.
- Grijs is het effect van het vervangen van de groenbedekker Italiaans raaigras vervangen door een méteilteelt.
- Geel is het toepassen van 20 ton/ha groencompost bij snijmais.
-
4. Snijmaïs vervangen door wintertarwe met groenbedekker Japanse haver
Door de teelt van snijmaïs te vervangen door de teelt van wintertarwe kunnen we ook een positief effect bekomen naar de bodemorganische koolstof toe. De positieve impact die de wintertarwe met zich meebrengt, is echter nog niet voldoende om een significante stijging teweeg te brengen bij bodemorganische koolstof.
Figuur 4:
- Blauw is de huidige manier van werken.
- Oranje is het vervangen van varkensdrijfmest door runderdrijfmest.
- Grijs is het effect van het vervangen van de groenbedekker Italiaans raaigras vervangen door een méteilteelt.
- Geel is het toepassen van 20 ton/ha groencompost bij snijmais.
- Lichtblauw: teelt snijmais vervangen door teelt wintertarwe met daarna groenbedekker Japanse haver.
-
5. Combinatie van bovenstaande technieken
Een combinatie van technieken is natuurlijk ook mogelijk. Wanneer we technieken gaan combineren zijn de verwachtingen ook dat de koolstofopbouw in de bodem sneller zal verlopen. Hier combineren we het vervangen van snijmaïs door wintertarwe, samen het toepassen van 20 ton/ha groencompost en het inzaaien van Japanse haver als groenbedekker.
Hoewel combineren van technieken kan zorgen voor een versnelde opbouw van bodemorganische stof, zal de opbouw voor dit bedrijf niet sneller verlopen wanneer we in zetten op de combinatie van de technieken weergegeven in figuur 5 ten opzichte van het toepassen van de enkelvoudige techniek groencompost bij de teelt van snijmaïs.
Dit voorbeeld laat mooi zien dat werken aan je bodemorganische stof niet altijd neerkomt op gewoon zoveel mogelijk koolstof opbouwende technieken toe te passen.
Figuur 5:
- Blauw is de huidige manier van werken.
- Oranje het het combineren van technieken. We combineerden het vervangen van de teelt van snijmaïs door de teelt van wintertarwe, samen met het het toepassen van 20 ton /ha groencompost na de wintertarwe en het inzaaien van Japanse haver als groenbedekker.
Gratis C-Scan op maat van jouw bedrijf?
Werken aan je bodemorganische koolstof is een werk van lange adem. Maar ieder bedrijf is anders en heeft zijn eigen unieke manier van werken. Met de gratis C-scan wil Inagro je helpen om doordachte keuzes te maken voor de toekomst. Interesse in een duidelijker beeld en technieken die bij jou een verandering teweeg kunnen brengen?
Vraag je gratis bodemkoolstofscan aan! Door jouw contactgegevens in te vullen, kan je gratis een bodemkoolstofscan laten uitvoeren.