Beheer van de 1-meter teeltvrije strook
Praktische tips om de teeltvrije strook te beheren
Perceelsranden doen heel wat stof opwaaien, maar wanneer de één-meter teeltvrije strook optimaal is aangelegd en ontwikkeld, vergt deze niet zoveel inspanning om deze in stand te houden.
In deze 1-meter teeltvrije zone is het niet toegelaten om:
- de bodem te bewerken,
- gewasbeschermingsmiddelen toe te passen,
- mest toe te dienen,
- en een gewas te telen.
Hoe leg ik de teeltvrije zone nu het best aan?
Het is het meest aangewezen om een gras- of gras-kruidenmengsel in te zaaien op de teeltvrije zone. De strook moet minstens 1 meter breed zijn, maar mag ook breder, bijvoorbeeld de breedte van een zaai- of maaimachine om het beheer te vergemakkelijken.
Je mag de teeltvrije zone niet bewerken als je niet van plan bent om er een gras- of gras-kruidenstrook aan te leggen of als er al een onderhoudbare teeltvrije zone aanwezig is. Na het bewerken van de teeltvrije zone moet je onmiddellijk de inzaai van de gras-kruidenstrook verwezenlijken. De bewerking mag slechts oppervlakkig gebeuren, om ernstige schade aan de talud te vermijden. De teeltvrije zone bewerken om louter de onkruiden te verwijderen en de strook nadien braak laten liggen, is niet toegestaan.
- Zaai eenmalig een meterstrook in als die er nog niet is. Gebruik best traaggroeiende niet-productieve grassoorten of een graskruidenmengsel. Vraag je zaadleverancier naar een geschikt mengsel!
- Voer een doordacht maaibeheer uit. Het beste moment om te maaien verschilt van bedrijf tot bedrijf. Alles hangt af van de gewassen die op het perceel staan en het tijdstip waarop je gemakkelijk op het land kan. Maaien net voor de bloei van onkruiden is ideaal, want zo zijn er nog geen zaden gevormd en raken onkruiden sneller uitgeput. Voor de meeste randen wordt aangeraden twee keer per jaar te maaien:
- één keer in het voorjaar en
- één keer in het najaar.
- Bij een stabiele, goed ontwikkelde vegetatie volstaat één maaibeurt in het najaar. Om nesten van grond-broeders zoals patrijs te sparen, maai je best niet tussen 15 april en 15 juni.
- Heb je geen geschikte maaier, dan is een machine voor gemeenschappelijk gebruik een goede optie. Dat kan via een machinering, of gewoon via een onderlinge afspraak met buren.
- Laat de zode altijd intact. Immers: onkruiden zoals heermoes ontwikkelen zich net op verstoorde bodems. Een gezonde vegetatie houdt bovendien de oever vast en beperkt erosie het hele jaar door.
Wetgeving
In de 1-meter teeltvrije zone mag je geen gewasbeschermingsmiddelen gebruiken, ook niet om akkerdistel plaatselijk te bestrijden. De enige optie om de strook te beheren, is maaien. De teeltvrije zone mag je gedurende het hele jaar maaien, maar je doet dat bij voorkeur vóór de onkruiden in zaad komen.
Om de maaiwerkzaamheden uit te voeren, kan je een klepelmaaier of een schijvenmaaier (eventueel met afvoer) gebruiken. Met een smalspoortractor met klepelmaaier op arm kan je ook maaien als de teelt op het veld staat.
Hoewel het niet verplicht is, voer je het maaisel best na elke maaibeurt af. Zo verarm je de teeltvrije zone en krijgen probleemonkruiden minder kans. Met een doordacht maaibeheer put je de hardnekkige wortelstokonkruiden uit en krijg je een stabiele grasvegetatie met bloeiende kruiden. Na verloop van tijd zal je maar één keer per jaar moeten maaien.
Machinaal onderhoud
Er bestaan verschillende maaiers om aan machinaal onderhoud te doen van de perceelsrand. Zo zijn zowel klepelmaaiers, cyclomaaiers en schijvenmaaiers bruikbaar bij het onderhoud van de 1-meter teeltvrije strook. Elke maaier heeft zijn voor- en nadelen.
Broedseizoen weide- en akkervogels
Het maaien van de perceelsranden op de velden is het hele jaar door toegelaten. Hou echter rekening met het broedseizoen van onze weide- en akkervogels. Probeer dus maaien te vermijden tussen 1 april en 15 juli. Is er een rietkraag aanwezig? Stel dan het maaien uit tot 15 augustus.
Het maaien van perceelsranden en bermen langs openbare domeinen valt onder het bermbesluit. Volgende regels dien je daarbij dus in acht te nemen:
- Maaien van begraasde bermen:
- Eerste maaibeurt vanaf 16 juni
- Tweede maaibeurt vanaf 16 september
- Het maaisel dient binnen de tien dagen te worden afgevoerd.
- De werkzaamheden dienen zo te worden uitgevoerd dat de ondergrondse plantendelen niet worden beschadigd.
- Houtige gewassen mogen niet beschadigd worden gedurende werkzaamheden.
Wat met vergroening of beheerovereenkomsten?
Als je meer dan 15 hectare bouwland bewerkt, dan moet je over minstens 5% ecologisch aandachtsgebied (EAG) beschikken om aanspraak te kunnen maken op de gangbare landbouwsubsidies. Een bufferstrook langs een waterloop of een akkerrand, eventueel langs een waterloop, komt in aanmerking als EAG.
Heb je al een beheerovereenkomst afgesloten voor die strook?
Dan telt die mee als EAG, maar krijg je een aangepaste vergoeding. Wie naast de waterloop, al een grasstrook heeft aanliggen in uitvoering van een beheersovereenkomst randenbeheer, voldoet meteen ook aan de voorwaarden rond de teeltvrije zone. De teeltvrije zone maakt immers integraal deel uit van de strook, waardoor je geen aparte registratie nodig hebt. De oppervlakte van de teeltvrije strook telt mee voor de beheersovereenkomst en heeft dus geen gevolgen voor de beheervergoeding.
Ik leg een strook aan langs de waterloop. Kan die meetellen voor het 5% ecologisch aandachtsgebied binnen de vergroeningsmaatregelen?
Ja. Er zijn twee mogelijkheden: een 1-meter teeltvrije zone langs een waterloop of een akkerrand (die ook naast een waterloop mag liggen). Voor beide types gelden, naast een verbod op bemesten en bespuiten, bijkomende voorwaarden:
Wat als ik al een strook heb aangelegd en daar een beheerovereenkomst op lopen heb? Telt die dan nog steeds mee voor het 5% ecologisch aandachtsgebied?
Ja, maar je vergoeding wordt aangepast. In de tabel worden de mogelijkheden opgesomd.
Opgelet, enkel ingedeelde waterlopen (opgenomen in de Vlaamse Hydrografische Atlas) of waterlopen met ecologisch waardevolle oevervegetatie komen in aanmerking voor de eerste drie beheerovereenkomsten uit de tabel. De bedrijfsplanner van de VLM schat in of een bepaalde beek of gracht voldoet aan deze eisen, en kan een antwoord geven op concrete vragen over beheerovereenkomsten.
Type beheerovereenkomst | Gewone betaling (€/ha) | In combinatie met 1-meter teeltvrije zone (€/ha) | In combinatie met akkerranden (€/ha) |
---|---|---|---|
Aanleg en onderhoud grasstrook 15 juni* | 1317 | 1317 | 686 |
Aanleg en onderhoud gemengde grasstrook* | 1812 | 1812 | 1181 |
Onderhoud (bestaande) gemengde grasstrook* | 1700 | 1700 | 1069 |
Aanleg en onderhoud gemengde grasstrook plus** | 2108 | 2108 | 1477 |
Onderhoud gemengde grasstrook plus** | 1996 | 1996 | 1365 |
Bloemenstrook | 1972 | 1972 | 1341 |
* langs een kwetsbaar landschapselement bv. een waterloop
** enkel in beheersgebied soortenbescherming
Wil je een beheerovereenkomst afsluiten? Neem dan contact op met één van de bedrijfsplanners van de VLM.