Wat zijn de mogelijkheden van biofumigatie in Vlaanderen?
Werkingsmechanisme
Biofumigatie is gebaseerd op een natuurlijk afweermechanisme van bepaalde planten (voornamelijk Brassica soorten). Bij schade aan de bladeren (door vraat of schimmels) komen glucosinolaten en het enzyme myrosinase in een waterige omgeving met elkaar in contact waardoor er een omzetting gebeurt tot gasvormige isothiocyanaten AITC (allyl isothiocyanaat). Dit gas is chemisch verwant aan de stof MITC die gevormd wordt bij chemische ontsmetting met metamproducten of dazomet.
Toepassing
Biofumigatie kan enerzijds door gebruik te maken van vers materiaal. Hierbij wordt een volledige teelt gezet van gewassen die de potentie hebben om veel AITC aan te maken (vb: mosterd en bladrammenas). Na het verhakselen van de gewassen en het inwerken van het organisch materiaal in de bodem, dient deze dan snel afgedekt te worden met een TIF-folie om het gas zo lang mogelijk in de bodem te houden en zijn werk te laten doen.
Anderzijds kan ook gebruik gemaakt worden van gedroogd materiaal. Hiervoor wordt mosterdperskoek, een restproduct van de productie van mosterdolie, gebruikt. Bij dit gedroogd materiaal komt de chemische reactie voor de vorming van de AITC pas op gang na toevoeging van water. Ook hier wordt het gas tegengehouden door het leggen van een TIF folie.
Voordelen
- De omzetting van glucosinolaten in isothiocyanaten zou volgens de literatuur zeer snel plaatsvinden en afgelopen zijn na 2 tot 3 dagen wat toelaat de duur van de afdekking te beperken.
- De directe afdoding op ingegraven pathogenen in kleinere veldproeven was goed.
- Toepassing gedroogd materiaal is makkelijk.
- Kleinere impact op het milieu wegens gebruik restproducten.
Nadelen
- In grotere veldproeven bleek de methode onvoldoende om bij de teler de aanwezige pathogenen te onderdrukken (impact microbioom?).
- Bij gebruik van vers materiaal moet tijd en ruimte voorzien worden voor de teelt hiervan.
- Bij gebruik van vers materiaal is het omslachtig om de planten voldoende klein te maken, snel in te werken en af te dekken.
- De werking kon sterk verschillen naargelang de oorsprong van de grond (microbioom en inhoud)
- Niet alle pathogenen worden even sterk beïnvloed (vb: verschillen in anastomose groepen Rhizoctonia solani)
- Waarschijnlijk zal een vooronderzoek aangewezen zijn om te bepalen of een grond geschikt is voor het gebruik van deze methode.
- Er is nog geen wettelijke toelating voor het gebruik van het commercieel gedroogd materiaal in België. Dit zijn we nog verder aan het bekijken.
Meer info
