Terugblik workshop KenjeGetallen
Tijdens de workshop ‘KenjeGetallen’, onderdeel van het project Boerenvreugde in West-Vlaamse kraamstallen, gingen we aan de slag met de zeugenboekhouding. Zowel varkenshouders als adviseurs kwamen samen om te leren hoe je resultaten uit de zeugenboekhouding haalt en interpreteert. Omdat de mogelijkheden en de interpretaties afhankelijk zijn van het gebruikte programma, presenteerden drie firma's hun specifieke werkwijze. Heb je de workshop gemist en ben je benieuwd naar hun tips? Lees dan snel verder.
Als varkenshouder registreer je heel wat gegevens, maar deze worden pas écht interessant als je weet hoe je de resultaten uit je boekhouding kunt halen en interpreteren. Daarom organiseerden Inagro en DGZ op vrijdag 12 juli een workshop over de zeugenboekhouding. Aangezien de workshop kadert binnen het project ‘Boerenvreugde in West-Vlaamse kraamstallen', werd gefocust op de gegevens en de resultaten die betrekking hebben tot de kraamstal en reproductie.
Welke gegevens en resultaten registreren en interpreteren?
Drie firma's gaven algemene tips voor het invoeren van gegevens:
- AgroVision met het boekhoudprogramma Ceres,
- Isagri met het PigUp-programma en
- AgriSyst die het boekhoudprogramma PigExpert gebruikt.
De belangrijkste gegevens voor de zeugenboekhouding en dus ook de focus van de workshop, waren het productiegetal, het worpgetal, het aantal levend geboren biggen, het aantal gespeende biggen en het sterftepercentage in de kraamstal. Daarnaast gingen de firma’s dieper in op het verleggen van biggen en het maken van pleegzeugen. De manier waarop deze gegevens al dan niet ingegeven worden, kan namelijk een groot verschil maken in de resultaten die je krijgt.
Het invoeren van de gegevens
We hebben de belangrijkste tips van de drie firma's voor het invoeren van de gegevens verzameld, allemaal bruikbaar in de drie verschillende programma’s.
- Geef je gegevens tijdig in en stel dit niet uit. Door jouw gegevens regelmatig in te geven, kun je alles goed opvolgen, merk je sneller problemen op en kun je bijgevolg tijdig ingrijpen indien nodig.
- Wees consequent. Voer de gegevens altijd op dezelfde manier in, want alleen zo kun je de resultaten nadien correct interpreteren. Denk bijvoorbeeld aan het aantal doodgeboren biggen versus de sterfte tijdens de kraamperiode. Denk goed na wanneer je een big registreert als doodgeboren: doe je dat als deze effectief dood ter wereld komt, of tel je hier ook zwakke biggen bij die kort na geboorte sterven? Kies één methode en pas deze consistent toe, zodat je de evolutie van de parameter nauwkeurig kunt opvolgen.
- Hoe meer je ingeeft, hoe meer info je uit het programma kunt halen. Heb je bijvoorbeeld problemen met sterfte bij de biggen, dan kan het interessant zijn om ook telkens de doodsoorzaak te noteren. Dit geeft je een overzicht van de oorzaken van sterfte zodat je dit, samen met jouw bedrijfsdierenarts, gerichter kunt aanpakken.
- Het programma berekent zelf. Wat je niet ingeeft, berekent het programma zelf. Voor volledige en betrouwbare resultaten, geef je zowel de sterfte als het verleggen in. Als je ervoor kiest om slechts één van beide in te geven, zal het programma de andere gegevens voor jou berekenen. Ook als je geen van beide ingeeft, zal het programma berekeningen doen omtrent sterfte en verleggen. Houd er rekening mee dat hoe minder je ingeeft, hoe minder betrouwbaar de resultaten zullen zijn.
Resultaten interpreteren
Het is belangrijk je niet blind te staren op de resultaten:
- De resultaten zijn afhankelijk van de gegevens die je ingeeft, de manier waarop je dit doet en het gebruikte programma. Neem dit in aanmerking wanneer je de resultaten interpreteert of deze vergelijkt met andere varkenshouders.
- De resultaten in het overzicht van de zeugenboekhouding zijn gemiddelden. Wijken de waarden af van je streefdoel, ga dan kijken naar de individuele gegevens. Zijn er enkele zeugen die heel slecht scoren en zo het gemiddelde beïnvloeden, of is er een probleem met de volledige groep?
- Eenmalige problemen, zoals een ziekte-uitbraak, kunnen lang zichtbaar zijn in je resultaten. Noteer dergelijke gebeurtenissen om de oorzaak van problemen te achterhalen.
De zeugenboekhouding kan je heel wat waardevolle informatie geven, mits de gegevens tijdig en consequent worden ingevoerd. Wanneer de resultaten afwijken van je persoonlijk streefdoel kun je de oorzaak gaan zoeken, maar hou er echter rekening mee dat je er niet alles in kan terugvinden. Ook andere zaken zoals ziekteproblematieken, spermakwaliteit, voeding of stalklimaat kunnen een invloed hebben op de gegevens, maar zijn niet opgenomen. De zeugenboekhouding kan dus een aanleiding zijn om het kraamstalmanagement onder de loep te nemen.
Ondersteuning
Voor inhoudelijke ondersteuning kun je steeds beroep doen op jouw bedrijfsdierenarts. Willen jij en je dierenarts hiervoor graag extra hulp inschakelen, dan kan je nog steeds individuele begeleiding aanvragen binnen het project Boerenvreugde in West-Vlaamse kraamstallen. Interesse? Contacteer ons via info.varkenshouderij@inagro.be of 051 27 32 00. Je kunt ook DGZ contacteren via helpdesk@dgz.be of het nummer 078 05 05 23.
Voor specifieke vragen over de gepresenteerde boekhoudprogramma’s kun je terecht bij:
• AgroVision (Ceres): support@pigvision.com, +31 570 664 131.
• Isagri (PigUp): klantendienst@isagri.com, +32 472 45 23 95.
• AgriSyst (PigExpert): support@agrisyst.com, +31 495 747 104.
Interesse om deel te nemen?
Dit project kwam tot stand met de steun van www.vlaanderen.be/pdpo en www.ec.europa.eu/agriculture/ en de provincie West-Vlaanderen.