Rassenproef spruitkool 2024 - Vrij goede opbrengst ondanks late uitplant
De spruiten werden door het late voorjaar in de praktijk eerder laat uitgeplant. Gelukkig waren de zomer, het najaar en de vroege winter mild, waardoor we toch nog een redelijke maar zeker geen topopbrengst kenden.
- Het standaardras Sofia (Bejo) was in vergelijking met vorige jaren later oogstrijp en overtuigde door een bleke spruitkleur en losse structuur kwalitatief niet.
- Voor de verse markt scoorde Silvia (Bejo) het best.
- Voor de industrie scoorde Nimbus (Syngenta) het best.
Spruitjes zijn best donkergroen, mooi bolrond, vast en van uitstekende kwaliteit. Voor de verse markt worden ze grover geoogst, voor de industrie fijner. Voor de verse markt was Silvia heel productief, kwaliteitsvol en grof. Voor de industrie combineerde Nimbus een goede productie met een mooie kwaliteit; de spruiten waren opvallend donkergroen en toonden een goede vastheid en veldhoudbaarheid.

Late uitplant
- We zaaiden onder glas in trays bij een plantenkweker op 7 maart.
- Door het natte voorjaar plantten we pas machinaal op 24 mei op een afstand van 70 cm tussen de rij en 40 cm in de rij. In de praktijk werd op veel plaatsen nog later uitgeplant, tot een stuk in juni.
- De voorteelt was maïs.
- Het gewas groeide vlot en uniform weg.
Veel vegetatieve groei
De late uitplant en de milde zomer zorgden voor veel vegetatieve groei en een late spruitontwikkeling. Dit alles resulteerde in een late oogst en een fijnere sortering. De gemiddelde opbrengst in deze proef bedroeg toch 30,6 ton/ha netto.
In de praktijk was de opbrengst lager en werd er nog veel geoogst na de jaarwisseling. Dit was zeker zinvol omdat er op het einde van het jaar nog veel groei was, met een geschatte meeropbrengst van 5 ton/ha. Er was na Nieuwjaar wel wat grauwverkleuring, veroorzaakt door het te lang nat staan en stikstoftekort.
Vrij makkelijk teeltverloop
- De basisbemesting bestond uit 350 kg/ha kalkcyanamide, toegediend 1 week na het planten.
- We bemestten de proef bij met 150 kg/ha ammoniumnitraat op 24 september.
- Op advies van de zaadhuizen werden alle cultivars getopt met uitzondering van Cryptus (Syngenta).
- Er waren dit jaar geen problemen met witte vlieg of andere insecten en de proef stond er heel gezond bij.
- De eerste rassen werden geoogst op 18 november. Op 3 januari oogstten we het laatste ras.
Ziektegevoeligheid
Op Inagro werd er een afzonderlijke proef aangelegd die niet behandeld werd tegen trips en ziekten. Op 22 oktober vertoonde Marcantus het meest echte meeldauw op de stam. Silvia en Cryptus waren het meest gevoelig voor tripsaantasting op de spruit.
Op 9 december beoordeelden we de proef opnieuw. Toen vertoonden Marcantus, Silvia en Steadia het meest echte meeldauw op de spruit en Nimbus het minst.
- Steadia bleek het gevoeligst te zijn voor echte meeldauw op de stam en Nimbus het minst.
- Cryptus toonde de meeste tripsschade op de spruit.
- Silvia had het meest last van Mycosphaerella op de spruit.
- HZ 16-995 en Silvia waren het meest aangetast met Alternaria op het blad.