Last van lekkende aardbeivruchten? Let op met de Aziatische fruitvlieg!
Drosophila suzukii, ook wel de Aziatische fruitvlieg genoemd, zorgt de laatste jaren voor een grote bekommernis op veel fruitteeltbedrijven. In juli en augustus verstuurden we al een waarschuwingsbericht omwille van de verhoogde aantallen die we vonden in een valletje aan een bosrand in West-Vlaanderen. Nu zien we nog veel lekkende vruchten in de teelten.
Drosophila suzukii herkennen
De Drosophila suzukii verspreidde zich de laatste jaren razendsnel. De vrouwelijke vliegjes leggen hun eieren in onrijp fruit, in tegenstelling tot de Drosophila melanogaster (bananenvliegje) dat overrijp en beschadigd fruit verkiest.
Plukkers merken de plaag vaak als eerste op door zachte, lekkende vruchten. De aangetaste vruchten hebben natte drukplekken en binnenin de vrucht kunnen meerdere larven aangetroffen worden. De volwassen vliegjes zijn 2 tot 3 mm lang met een enkel paar vleugels. Het borststuk is licht en het achterlijf heeft doorlopende donkere strepen. De mannetjes worden getypeerd door een zwarte vlek op de bovenrand van iedere vleugel en de vrouwtjes hebben een sterk getande legboor waarmee ze eitjes in vruchten leggen.
Teelthygiëne is cruciaal
Laat geen rottend of beschadigd fruit achter op het bedrijf, maar verwijder en verzamel alles in afgesloten vaten. Fruit op de grond biedt een mogelijke ei-afzetplaats voor de vliegen, waarin ze zich ongeremd verder kunnen ontwikkelen. Aangezien deze plaag in staat is om uit de grond te komen en lange afstanden te vliegen, is het begraven van aangetaste vruchten weg van de productie niet voldoende om ze te elimineren.
Een kort plukinterval is ook aangewezen, met veel aandacht voor het bewaren van de koude keten.
Vangvallen helpen bij monitoring en kunnen adulten wegvangen
We raden aan om vangvallen in de teelten te plaatsen, zo kan de monitoring en het vangen tijdig starten. Wanneer er competitie optreedt met het rijpend fruit, worden de vangvallen namelijk minder effectief.
De monitoring gebeurt met behulp van een val met lokstof. De vallen en lokstof zijn commercieel verkrijgbaar. Je kan ook zelf een val maken:
- Neem een plastiek pot of fles.
- Boor gaatjes van 3 tot 5 mm diameter. Grotere gaten in de vallen maken de monitoring moeilijk, aangezien er dan veel bijvangst is. Maak ook voldoende gaten, zodat een goede verdamping en geurverspreiding van de lokstof mogelijk is.
- Neem appel-ciderazijn als lokstof (commercieel verkrijgbaar).
- Vervang en controleer de vloeistof wekelijks tot tweewekelijks.
Plaats 50 tot 100 vallen per hectare voor het wegvangen van de Drosophila suzukii fruitvliegen.