Hoe is het gesteld met jouw kuilvoorraden?
De vorige maïsoogsten zijn een halfjaar geleden binnengehaald en we staan aan de start van een nieuw seizoen. Terwijl de maïs net ingezaaid is en de eerste grassnedes bij sommigen al geoogst zijn, is dit een goed moment om je kuilvoorraden te controleren. Heb je nog genoeg voorraad om de periode tot de volgende oogst te overbruggen? Moet er nog extra maïs ingezaaid worden om volgend jaar voldoende te hebben? Of moeten er plannen gemaakt worden om extra ruwvoer bij te kopen?
Tekorten tijdig detecteren
We hebben allen als doel om onze koeien op opeenvolgende dagen hetzelfde, gezonde rantsoen te voeren, zonder druk om een bepaald ruwvoer meer of minder te moeten voeren door een tekort. Veranderingen in het rantsoen moeten gecontroleerd doorgevoerd kunnen worden. Daarom dat het belangrijk is om vandaag al eens stil te staan bij de nog beschikbare voorraden en om zo eventuele tekorten tijdig te detecteren.
De kuilen van dit jaar zijn minder dens dan die van 2023 en 2021. Dit betekent dat de voorraden sneller zullen schuiven en dat de kans op broei stijgt bij een warme zomer.
- Inagro-
Voorraden inschatten via opschuifsnelheid of densiteitsmeting
Een eenvoudige manier om je voorraad te controleren is door te kijken hoeveel meter je per week opschuift in je silo. Hiermee kan je dan inschatten voor hoeveel weken je nog voorraad hebt liggen
Een nauwkeurigere methode is het meten van de densiteit met een densiteitsboor. Dit is een cilinder waarmee je op meerdere plaatsen (van het snijvlak) van de kuil ruwvoer uitboort en weegt (zie afbeelding hieronder). Na omrekening van de droge stof kan daaruit de hoeveelheid (kg) droge stof/m³ worden bepaald. Deze voorraad aan droge stof/m3 kan je omrekenen naar de totale hoeveelheid ruwvoer die in je kuil ligt. Wanneer je dit vergelijkt met de hoeveelheid die je de komende maanden nodig zult hebben in het rantsoen, dan kan je berekenen of je nog voldoende voorraad hebt liggen.
Resultaten kuilen Inagro
Bij Inagro meten we al enkele jaren de densiteit van gras- en maïskuilen. Dit jaar werden 14 maïs- en 16 grasstalen geanalyseerd. De resultaten van de kuilen dit jaar (kuilen ingekuild in 2024) zijn:
|
gemiddelde |
gemiddelde densiteit |
Min-Max |
Min-Max |
Graskuil |
35 |
164 |
21-50 |
90-238 |
Maïskuil |
33 |
223 |
29-43 |
190-263 |
De kuilen van dit jaar zijn minder dens dan die van 2023 en 2021 (zie grafiek). Dit betekent dat de voorraden sneller zullen schuiven!
Grafiek: Droge stof (DS) (%) en densiteit (kg ds/m3) van de gras- en maïskuilen in 2021, 2023 en 2024. Er gebeurden geen metingen op de kuilen van 2022.
Gevoeligheid voor broei inschatten met densiteit
Broei leidt tot kwaliteitsverlies en bijgevolg ook tot verlies in voederwaarde. Ook de voeropname gaat omlaag door smaakverlies, wat ook minder energieopname betekent. Broei willen we dus ten allen tijde vermijden. Broei voorkomen kan door aandachtig te zijn op tal van factoren:
- de manier van inkuilen (aanrijdingstijd, luchtdicht afdekken)
- de manier van uitkuilen (gladde snijvlakken, geen los materiaal laten liggen)
- opschuifsnelheid
- haksellengte
- droge stof gehalte
- ...
Bij natte kuilen is er een grotere kans op afwijkende fermentatie, waardoor broei sneller voorkomt. Maar ook de droge kuilen vormen een risico omdat de kuilen dan moeilijker aandrukbaar zijn en zo opnieuw een risico voor broei vormen.
Daarnaast laat een beter verdichte kuil (hogere densiteit), lucht en zuurstof minder ver binnendringen via het snijvlak. Hierdoor blijft de kuil langer anaeroob waardoor (aerobe) gisteren en bacteriën onderdrukt blijven. Zo is de kuil minder vatbaar voor broei. Bij broei stijgt de warmteproductie in de kuil, waardoor ook de ontwikkeling van schimmels en andere bacteriën kunnen toenemen.
In het project AgriClimate worden deze factoren bijhouden en vergeleken met de gevoeligheid op broei tijdens warme perioden. Zo onderzoeken we of densiteitsmetingen kunnen helpen bij het voorspellen van broei tijdens warme perioden. Er zijn aanwijzingen dat een kuil met een lagere densiteit gevoeliger kan zijn voor broei in de zomer.
Controleer tijdig en stuur bij waar nodig
Wil je jouw koeien elke dag een constant en gezond rantsoen aanbieden? Dan is het essentieel om je kuilvoorraden onder de loep te nemen. Met eenvoudige controles zoals het meten van je opschuifsnelheid of meer nauwkeurige methodes zoals densiteitsmetingen, krijg je een duidelijk zicht op je actuele voorraad en je noden voor de komende maanden.
Het voorkomen van broei is cruciaal voor het behoud van de voederkwaliteit en -waarde. Door aandacht te besteden aan de manier van inkuilen en uitkuilen, en door de densiteit van je kuilen te optimaliseren, kun je de kans op broei aanzienlijk verminderen. Blijf alert en plan vooruit om eventuele tekorten tijdig te detecteren en aan te pakken.
Controleer jouw kuilvoorraad
