Zorgen deegrijp getoaste veldbonen voor een hogere voederwaarde?
Het oogsten en vervolgens toasten van veldbonen in een vroeger stadium leidt tot een betere voederwaarde. Dat is althans wat we via een Deense loonwerker vernamen, die een mobiele toastingservice aanbiedt en het net even anders aanpakt.
In het nieuw project 'bioTOAST' nemen we de proef op de som en valideren we de Deense ervaringen eerst graag onder Vlaamse omstandigheden.
Dorsen in deegrijp stadium
In noordelijke landen zoals Denemarken, waar het groeiseizoen korter is, worden veldbonen standaard geoogst bij een hoog vochtgehalte en vervolgens gedroogd. Het deegrijp toasten van veldbonen werd er aanvankelijk toegepast wanneer veldbonen er door het koudere klimaat en kortere groeiseizoen moeizaam afrijpten. Het toastproces zorgt er bijkomend voor dat het drogestofgehalte verhoogt, wat voor een goede bewaring zorgt. Toen echter bleek dat het deegrijp toasten van veldbonen ook tot betere DVE-waarden leidde in vergelijking met droge bonen, paste deze loonwerker deze strategie steevast toe.
Maillardreactie voor meer DVE
Het vochtgehalte van de veldboon op het moment van toasten bepaalt de mate waarin een Maillardreactie optreedt – een complexe chemische reactie tussen suikers en aminozuren. Deze reactie kan ervoor zorgen dat het aandeel bestendig eiwit stijgt.
In gangbare landbouw wordt het toastproces vaak geoptimaliseerd met additieven zoals bepaalde suikermolecules, die aan veldbonen met circa 15% vochtgehalte worden toegevoegd vóór het toastproces.
Onder biologische omstandigheden zijn deze additieven echter niet toegestaan, waardoor een natuurlijke Maillardreactie via deegrijp toasten een interessant alternatief vormt.
Goede resultaten overstijgen de praktische uitdagingen
De Deense loonwerker geeft aan dat de positieve resultaten de praktische moeilijkheden ruimschoots compenseren. Na de oogst moet namelijk snel worden verwerkt – idealiter binnen 24 uur. Tijdens het toasten zou het vochtgehalte van 30% naar ongeveer 12% dalen, wat zorgt voor een goede houdbaarheid na de verwerking.
In Denemarken gebeurt het toasten via een mobiele toastinstallatie waar landbouwers beroep op kunnen doen. Een goede planning tussen oogst en verwerking en duidelijke afspraken tussen loonwerker en landbouwer zijn daarbij essentieel – iets wat volgens hem doorgaans vlot verloopt.
Mengteelt of monoteelt?
Mengteelten winnen ook in Denemarken aan terrein, maar veldbonen worden er, zelfs onder biologische omstandigheden, nog vooral in monoteelt verbouwd. De loonwerker besluit met het advies om melkveehouders aan te moedigen vroeger te oogsten en hun veldbonen bij een hoger vochtgehalte te laten toasten.
Nieuw project bioTOAST neemt proef op de som
Deze Deense ervaringen valideren we natuurlijk eerst graag onder Vlaamse omstandigheden. Binnen het CCBT-project “BioTOAST” willen we de teelt van veldbonen optimaliseren tot een volwaardig eiwitvoeder en zoeken we naar de (economisch) meest interessante manier om zoveel mogelijk bestendig eiwit uit deze teelt te halen en tot in het rantsoen te brengen. Op die manier kunnen veldbonen concurreren met soja in het rantsoen van melkvee.
Op dit moment worden veldbonen vaak in mengteelt met graan verbouwd omwille van een betere onkruidonderdrukking. Om deze gemengde opbrengst te toasten, is een tussentijdse triage wenselijk, aangezien graan minder eiwit bevat en nauwelijks voordeel haalt uit toasten. Bovendien vraagt een mengteelt altijd om een compromis inzake oogsttijdstip. Wanneer veldbonen in een deegrijp stadium worden geoogst, is het graan mogelijk nog onvoldoende afgerijpt. Tegelijkertijd worden onkruidbestrijdingstechnieken almaar performanter. Het is dus zinvol om de biologische monoteelt van veldbonen opnieuw onder de loep te nemen. Binnen het project bestuderen we ook welke toastparameters en vochtgehaltes optimaal zijn voor maximale voederwaarde.
Blijf op de hoogte
