Gebruik van drones mogelijk voor bespuiten, strooien of zaaien
Het gebruik van drones in de landbouw gebeurt steeds frequenter en is niet meer uitzonderlijk. Tot nu toe worden drones in Vlaanderen vooral ingezet voor het maken van beeldmateriaal dat inzicht kan geven over de toestand van de gewassen, aanwezigheid van onkruid en zo verder. Deze info kan eventueel verder verwerkt worden tot een taakkaart.
Er is echter steeds meer interesse om met drones te spuiten, strooien of zaaien. De technologie bestaat, vooral onder impuls van de markt in Azië, maar de regelgeving staat in Europa nog wel één en ander in de weg. Dit zorgt ervoor dat het nog zeer moeilijk (maar niet onmogelijk) is om een toelating te verkrijgen om toepassingen met meststoffen, zaden of gewasbeschermingsmiddelen uit te voeren. Deze toelating moet verkregen worden bij DGLV (Directoraat-Generaal LuchtVaart) via een SORA (Specific Operations Risk Assessment). Voorlopig is AgriFlight het enige bedrijf in België dat deze toelating heeft verkregen.
Met een toelating is het mogelijk om te strooien en te spuiten met een aangepaste drone. ILVO en Hogeschool VIVES maakten een mooie flowchart van de mogelijke toepassingen en regelgeving die moet gerespecteerd worden. Wij pikken er enkele toepassingen uit die voor de landbouwer van toepassing kunnen zijn.
Strooien van (droge) meststoffen
Wil je graag plaatsspecifiek meststoffen strooien in het perceel, dan is een toelating bij DGLV (Directoraat-Generaal LuchtVaart) voor dropping met drones noodzakelijk. De dronepiloot moet daarnaast een toelating hebben van de eigenaar van het terrein en moet ook toelating bij DGLV aanvragen.
Een mogelijke toepassing zou het strooien van meststoffen op (te) natte percelen kunnen zijn. Denk maar aan het voorjaar van 2024 waarbij percelen gerst en tarwe dringend nood hadden aan meststoffen, maar eigenlijk nog niet te berijden waren. Enig nadeel is dat een drone maximaal 40kg kan vervoeren waardoor er, naar schatting, maximaal 1.5ha/h kan gestrooid worden. De drone zal dus niet onmiddellijk de standaard bemesting uitvoeren maar een beperkte bemesting kan voldoende zijn om een kritieke periode te overbruggen wanneer het veld niet toegankelijk is.
Spuiten van vloeibare meststoffen
Spuiten van vloeibare meststoffen of andere vloeistoffen (géén gewasbeschermingsmiddelen) is, mits de juiste vergunning, vrij eenvoudig uit te voeren. Een specifieke aanvraag bij DGLV om te spuiten met drones is voldoende. Ook hier is een toelating van de eigenaar van het perceel noodzakelijk en moet de dronepiloot de aanvraag indienen.
Zaaien
Met een drone kan je ook gewassen inzaaien. Met een kleine strooiunit onder de drone kunnen bijvoorbeeld groenbemesters, graszaad en klaver ingezaaid worden. De procedure is net dezelfde als bij strooien van meststoffen en een aanvraag door de dronepiloot bij DGLV voor 'dropping met drones' is noodzakelijk.
Deze toepassing kan nuttig zijn indien percelen te nat zijn om te berijden maar toch ingezaaid moeten worden met groenbemesters. Een andere toepassing ligt mogelijk in het bijzaaien van bepaalde plaatsen of het onderzaaien van bijvoorbeeld gras in maïs.
Spuiten van gewasbeschermingsmiddelen
Deze situatie is een veelvoorkomende vraag bij landbouwers, maar is meteen ook de moeilijkste toepassing. In Europa geldt er immers een verbod op het toepassen van gewasbeschermingsmiddelen vanuit de lucht dus elke toepassing vraagt een strikte uitzondering. Een toepassing met gewasbeschermingsmiddelen is enkel mogelijk als er geen haalbaar alternatief is of in een noodgeval of 'moeilijke situatie'. Dit zal je ook altijd moeten kunnen aantonen. Daarnaast moet de spuitdrone gekeurd zijn door ILVO (Vlaanderen) of CRA-W (Wallonië) en is het gebruik van driftreducerende doppen noodzakelijk.
Vóór elke toepassing en per gewasbeschermingsmiddel moet de dronepiloot:
- een experimentele aanvraag en toelating verkrijgen bij de FOD Volksgezondheid én
- moet hij minimaal een fytolicentie P2 hebben.
De spuitdrone moet daarnaast:
- een gecertificeerd en geregistreerd zijn bij de FOD Volksgezondheid en
- moet verzekerd zijn voor risico's die uit de behandeling volgen.
De operator moet ook:
- een register bijhouden,
- een aanvraag met risicobeheersmaatregelen gedaan hebben ten laatste 48h voor aanvang én
- hij moet het gemeentebestuur ingelicht hebben 12h voor aanvang.
Verder zijn er ook heel wat afstandsregels verplicht:
- zo moet er 300m afstand zijn tussen het veld en woongebieden, industriële zone, campings en beschermde gebieden,
- 50m afstand tussen het veld en een alleenstaande woning (waarbij de wind weg van het huis moet waaien op moment van toepassing) én
- het veld moet minimaal 3ha groot zijn.
Daarnaast is op 2m boven het veld een maximale windsnelheid van 5m/s toegelaten bij een temperatuur van max 25°C en max 50% relatieve vochtigheid.
Haalbare kaart?
Conclusie uit deze analyse van ILVO en Vives is dat quasi alle toepassingen met een drone mogelijk zijn. Alleen zijn strooien van meststoffen of zaaien met een drone de toepassingen die op vandaag het meest haalbaar zijn én ook een plaats in de teeltorganisatie kunnen hebben.
Spuiten met een drone is wettelijk gezien mogelijk, maar vraagt op vandaag zoveel rompslomp dat het eigenlijk niet realistisch is. Praktisch gezien kan je je ook de vraag stellen waar een drone een meerwaarde kan bieden bij het gebruik in akkerbouw- of open lucht groenteteelten. Er rijden namelijk al heel wat gesofisticeerde spuitmachines rond die zelfs tot op dopniveau op taakkaart kunnen spuiten. De meerwaarde van een dronetoepassing naar capaciteit en efficiëntie is daarom nog in vraag te stellen.